kwaliteitsbeleid
veranderingen hebben ervoor gezorgd dat er opnieuw een verschuiving in de ranglijst heeft plaatsgevonden. In de vorige editie van de Zorgwebmonitor stond het UMCU op de zevende plek. Maar door verschillende wijzigingen heeft het ziekenhuis nu de eerste plek behaald. ‘Met name door de toevoeging van patiëntenportalen en de uitbreiding over maatschappelijk ondernemen steeg de website van het UMCU naar de eerste plek’, laat een woordvoerder van de Zorgwebmonitor weten.
1252
elektronische gegevensuitwisseling in de care blijft achter
Er vindt nauwelijks elektronische gegevensuitwisseling plaats in de care. De brancheorganisatie van verpleegkundigen en verzorgenden (V&VN), de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN), de brancheorganisatie voor zorgondernemers (ActiZ) en het Nationaal ICT (informatie- en communicatietechnologie) Instituut in de Zorg (Nictiz) hopen met het project ‘e-Overdracht in de Care’ de overdracht in de zorgketen te verbeteren, zo meldt Zorg voor Beter. Uit een eerste inventarisatie blijk dat elektronische dossiers nog niet veel gebruikt worden door de verpleegkundige en verzorgende beroepsgroep, en zeker niet in de caresector. Instellingen hechten weliswaar veel waarde aan zorginhoudelijke gegevensoverdracht met andere zorgverleners in de keten, maar bij de ontwikkeling van elektronische dossiers en e-over-
1253
dracht richten zij zich in eerste instantie vooral op administratieve en financiële gegevensuitwisseling. De regio’s Den Haag en Noord-Holland Noord lopen voorop met zorginhoudelijke gegevensoverdracht. De overige regio’s richten zich vooral op het verbeteren van de zorg in de keten en een generieke oplossing hiervoor. Een groot aantal regio’s heeft wel plannen om een vorm van gegevensuitwisseling te realiseren waarbij ICT als ondersteunend geldt. De belangrijkste aanbeveling uit het rapport betreft het, in samenspraak met de beroepsgroep, ontwikkelen van een landelijke kernset voor verpleegkundige en verzorgende overdracht. Hierbij moet de focus liggen op de overdracht van cure naar care, omdat hier de meeste overdrachten plaatsvinden. Bron: Skipr, 10 augustus 2010<
social media spelen belangrijke rol bij onlinezoektocht naar medische informatie
Nederlanders zien internet als belangrijke bron van medische informatie, maar hechten toch nog de meeste waarde aan het oordeel van hun eigen arts of apotheker. Dat blijkt uit de Health-
102
De top tien 1 UMC Utrecht 2 UMC St Radboud 3 Albert Schweitzer Ziekenhuis 4 Sint Franciscus Gasthuis 5 Erasmus Medisch Centrum 6 Jeroen Bosch Ziekenhuis 7 VU medisch centrum 8 Ziekenhuis Gelderse Vallei 9 Alysis Zorggroep 10 Slingeland Ziekenhuis Bron: Zorgvisie, 16 juli 2010<
Tracker van communicatieadviesbureau Porter Novelli en De Vos & Jansen Healthcare, een continu onderzoek onder ruim zeshonderd Nederlanders.
8-2010 > zorg & financiering
ict/diversen
Driekwart van degenen die medische informatie online opzoeken, beschouwt de informatie die ze vinden als aanvulling op het advies van hun arts. Bijna de helft surft op het web als voorbereiding op artsbezoek. Ervaringen die op internet te vinden zijn, bijvoorbeeld in social media zoals patiëntenplatforms, worden door drie op de tien Nederlanders bezocht en zijn voor ruim een derde van de informatiezoekers waardevol. Een ruime meerderheid van de Nederlanders (80%) zoekt online naar medische informatie. Vrouwen doen dit meer dan mannen. De afgelopen twaalf maanden zocht men gemiddeld negen keer online naar medische informatie. Het zoeken naar informatie op het web vindt vooral plaats vanwege het gemak: ruim een derde van degenen die medische informatie online opzoeken, vindt het prettig dat je via internet informatie kunt opzoeken waar en wanneer je maar wilt. Voor ruim een kwart is de grote hoeveelheid informatie de voornaamste reden voor een digitale zoektocht. Voor een bijna even grote groep is dat de directe beschikbaarheid van de informatie. Geïnteresseerden speuren vooral naar informatie over specifieke klachten of aandoeningen (64%), algemene informatie over gezondheid (13%) en informatie over medicijnen (12%). Waardevol De meerderheid vindt de mogelijkheid om informatie online op te zoeken waardevol. Deze informatie neemt echter niet de behoefte aan advies van de eigen arts weg. Driekwart van degenen die online informatie opzoeken, ziet de
online-informatie eerder als aanvulling op het advies van de huisarts, specialist of apotheker. Daarnaast gebruikt bijna de helft informatie op het web ter voorbereiding op een bezoek aan de huisarts of specialist. Een derde vindt het lastig om te bepalen of online gevonden informatie wel juist is. De afzender van de informatie speelt een grote rol bij de inschatting van de betrouwbaarheid. De grootste groep (35%) vindt informatie die afkomstig is van medisch personeel het meest te vertrouwen. Daarnaast is de bronvermelding bij de informatie voor ruim een kwart van degenen die online informatie opzoeken, een belangrijke indicatie van de betrouwbaarheid. Medische ervaringen van anderen zijn voor een op de vier Nederlanders die informatie online opzoeken geloofwaardig, en een derde vindt deze ervaringen ook waardevol. Tegelijkertijd hechten zeven op de tien Nederlanders niet meer waarde aan op internet geplaatste ervaringen met medicijnen dan aan het advies van de huisarts of apotheker. ‘Het onderzoek laat zien dat de arts nog altijd als belangrijkste bron van medische informatie wordt beschouwd’, aldus Frank Peters, managing director bij Porter Novelli. ‘Maar informatie op internet speelt ook een belangrijke rol, zeker als deze van een betrouwbare bron komt: een medisch professional. Artsen zouden hierop meer kunnen inspelen door online de dialoog aan te gaan met patiënten. Social media zijn daarbij een niet te onderschatten factor. Daarmee bereik je je doelgroep met de deskundige informatie waar behoefte aan is.’ Bron: Porter Novelli, 22 juli 2010<
>
diversen
1254
goede doelen in de zorg langs meetlat
Goede doelen in de gezondheidszorg worden dit najaar nauwkeurig langs de meetlat gelegd door middel van een zogenoemde ‘charity
zorg & financiering > 8-2010
check’. Bij de ‘charity check’ worden de Hartstichting, het Koningin Wilhelmina Fonds en vijfhonderd andere goede doelen in deze sector
103